Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 119:37-50 Het Boek (HTB)

37. Help mij niet naar zinloze dingen te kijken.Ik wil in dit leven gelukkig worden door U te volgen.

38. Ik ben uw dienaar en heb diep ontzag voor U.Wilt U laten blijken dat uw beloften waar zijn?

39. Ik ben bang voor schande.Neemt U die angst toch weg,want uw geboden zijn zo goed.

40. Heus, ik verlang naar uw bevelen.Laat U mij toch zuiver leven door uw rechtvaardigheid.

41. Ik bid dat U mij uw goedheid en liefde laat ervaren, Here.En bevrijdt U mij zoals U hebt beloofd.

42. Dan weet ik iets terug te zeggen als men mij bespot,want ik wil alleen zo spreken dat het overeenstemt met uw woord.

43. Laat mij uw woorden van waarheid spreken.Ik heb vertrouwen in uw besluiten.

44. Ik wil mij onafgebroken houden aan uw wet,mijn leven lang.

45. Dan ga ik mijn weg onbevangen en zonder belemmering,omdat ik mij richt naar uw woord.

46. Zelfs voor koningen kan ik dan over uw wet sprekenzonder mij te schamen.

47. Ik geniet van uw wet en houd van haar.

48. Daarom strek ik mijn handen uit naar uw geboden,waarvan ik zoveel houd.Dan denk ik rustig na over alles wat U hebt vastgelegd.

49. Denk aan wat U tegen mij hebt gezegd,ik ben immers uw dienaar en U hebt mij hoop gegeven.

50. Dat troost mij in alle ellende die ik meemaak.Uw beloften geven mij weer leven.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 119