Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 106:26-34 Het Boek (HTB)

26. Toen werd Hij werkelijk toornigen zwoer een eeddat Hij hen allemaalin de woestijn zou laten sterven.

27. Ook hun nageslachtzou Hij uiteindelijkonder vreemde volken laten sterven,hen wegvoeren naar vreemde landen.

28. Toen zij Baäl-Peor gingen aanbiddenen zelfs de offers van doden aten.

29. Toen zij Hem uitdaagden en kwetstendoor alles wat zij deden,brak er een plaag uit.

30. Maar de priester Pinechas kwam naar voren,vond de schuldigen en strafte hen.Toen hield de plaag ook op.

31. Deze goede daad van hem is nooit vergeten,altijd zal God Zich dit blijven herinneren.

32. Bij het water van Meriba maaktende Israëlieten Hem opnieuw boos.Door hun schuld ging Mozes ook zondigen.

33. Zij waren opstandig tegen de Geest van Goden zonder nadenken sprak hij toen.

34. Ook roeiden zij de volkendie in het land woonden niet allemaal uit,hoewel de Here dat toch duidelijk had bevolen.

Lees verder hoofdstuk Psalmen 106