Oude Testament

Nieuwe Testament

Numeri 35:7-19 Het Boek (HTB)

7. Bij elkaar zullen achtenveertig steden met de omringende weidegrond aan de Levieten worden gegeven.

8. Deze steden zullen door het hele land verspreid liggen, de grotere stammen met meer steden zullen enige steden aan de Levieten afstaan, de kleinere stammen wat minder.’

9-10. En de Here zei tegen Mozes: ‘Zeg de Israëlieten dat zij na hun aankomst in het land steden moeten uitkiezen

11. die als vrijstad kunnen fungeren. Naar zo'n stad kan iemand die per ongeluk een ander heeft gedood, vluchten.

12. Deze steden zullen plaatsen zijn die bescherming bieden tegen familieleden die de dode willen wreken, want de doder mag niet worden omgebracht voordat in een eerlijke rechtszaak zijn schuld is bewezen.

13-14. Drie van dergelijke steden moeten in Kanaän liggen, de andere drie aan de oostzijde van de Jordaan.

15. Zij dienen niet alleen ter bescherming van Israëlieten, maar ook van buitenlanders en reizigers.

16. Maar als iemand met een stuk ijzer is doodgeslagen, moet worden aangenomen dat het moord is en de moordenaar moet ter dood worden gebracht.

17. Ook als de gedode man met een grote steen werd neergeslagen, is het moord en zal de moordenaar sterven.

18. Hetzelfde geldt als hij met een houten wapen is gedood.

19. De wreker van de dode zal de moordenaar eigenhandig doden als hij hem ontmoet.

Lees verder hoofdstuk Numeri 35