Oude Testament

Nieuwe Testament

Numeri 15:7-23-24 Het Boek (HTB)

7. samen met eenderde liter wijn als drankoffer. Dit zal een offer zijn met een aangename reuk voor de Here.

8-9. Als u een jonge stier offert, moet het begeleidende spijsoffer bestaan uit 6,6 liter fijn meel, gemengd met tweederde liter olie

10. en een drankoffer van tweederde liter wijn. Dit zal met vuur worden geofferd tot een aangename reuk voor de Here.

11-12. Dit zijn de voorschriften voor de spijsoffers die een brandoffer van een stier, een schaap, een ram of een jonge geit moeten begeleiden.

13-14. Deze voorschriften gelden zowel voor geboren Israëlieten als voor buitenlanders die bij u wonen en die de Here willen eren met een brandoffer.

15-16. Want hier geldt dezelfde wet voor Israëlieten en buitenlanders en dit zal van generatie op generatie zo blijven, allen zijn gelijk voor de Here. Ja, er is één wet voor allen!’

17-18. Vervolgens zei de Here tegen Mozes: ‘Zeg tegen de Israëlieten dat wanneer zij aankomen in het land dat Ik hun zal geven,

19-21. zij de Here een deel van hun eerste oogst van elk jaar moeten geven. Zij moeten van het gerstemeel een koek maken die moet worden geofferd, het is een jaarlijks offer van uw dorsvloer en moet van generatie op generatie in ere worden gehouden.

22. Stel dat u of een latere generatie zich realiseert dat u onopzettelijk heeft nagelaten de instructies die de Here u door Mozes heeft gegeven, uit te voeren,

23-24. dan moet u een jonge stier als brandoffer offeren. Het zal een aangename reuk voor de Here zijn en het moet worden geofferd met het normale spijs- en drankoffer en een bok als zondoffer.

Lees verder hoofdstuk Numeri 15