Oude Testament

Nieuwe Testament

Numeri 15:11-12-19-21 Het Boek (HTB)

11-12. Dit zijn de voorschriften voor de spijsoffers die een brandoffer van een stier, een schaap, een ram of een jonge geit moeten begeleiden.

13-14. Deze voorschriften gelden zowel voor geboren Israëlieten als voor buitenlanders die bij u wonen en die de Here willen eren met een brandoffer.

15-16. Want hier geldt dezelfde wet voor Israëlieten en buitenlanders en dit zal van generatie op generatie zo blijven, allen zijn gelijk voor de Here. Ja, er is één wet voor allen!’

17-18. Vervolgens zei de Here tegen Mozes: ‘Zeg tegen de Israëlieten dat wanneer zij aankomen in het land dat Ik hun zal geven,

19-21. zij de Here een deel van hun eerste oogst van elk jaar moeten geven. Zij moeten van het gerstemeel een koek maken die moet worden geofferd, het is een jaarlijks offer van uw dorsvloer en moet van generatie op generatie in ere worden gehouden.

Lees verder hoofdstuk Numeri 15