Oude Testament

Nieuwe Testament

Leviticus 7:1-6 Het Boek (HTB)

1. ‘Dit zijn de voorschriften betreffende het allerheiligste schuldoffer:

2. het dier dat als schuldoffer wordt gebracht, moet worden geslacht op dezelfde plaats waar de brandoffers worden geslacht en het bloed zal over het altaar worden gesprenkeld.

3. De priester zal al het vet, de staart, het vet dat de ingewanden bedekt,

4. de beide nieren en het vet dat aan de lendenen zit en het aanhangsel van de lever offeren.

5. De priester zal dit alles op het altaar verbranden als een schuldoffer aan de Here.

6. Alleen de mannelijke priesters mogen ervan eten op een heilige plaats, want het is allerheiligst.

Lees verder hoofdstuk Leviticus 7