Oude Testament

Nieuwe Testament

Leviticus 2:3-10 Het Boek (HTB)

3. De rest van het spijsoffer is bestemd voor het levensonderhoud van Aäron en zijn zonen, als het allerheiligste van de brandoffers voor de Here.

4. Als gebakken brood als een offer aan de Here wordt gebracht, moet het zijn gemaakt van meelbloem aangemaakt met olie, maar het moet ongezuurd zijn. Ook dunne ongezuurde koeken, bestreken met olie, mogen als offer worden gebruikt.

5. Als het offer een product van de bakplaat is, moet het van meelbloem zijn, aangemaakt met olie en ongezuurd.

6. Breek het in stukken en giet er olie overheen, het is een spijsoffer.

7. Als het offer is gekookt in een pan, moet het ook van een mengsel van fijn meel en olie zijn gemaakt.

8. Hoe het ook is klaargemaakt—gebakken, geroosterd of gekookt—het offer moet naar de priester worden gebracht, die het naar het altaar zal brengen om het aan de Here te tonen.

9. De priester zal slechts een deel van het spijsoffer op het altaar verbranden, maar het hele offer zal de Here welgevallig zijn.

10. De rest van het spijsoffer is voor Aäron en zijn zonen als het allerheiligste van de brandoffers voor de Here.

Lees verder hoofdstuk Leviticus 2