Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 33:20-30 Het Boek (HTB)

20. en hij zijn eetlust verliest en zelfs voor het heerlijkste gerecht zijn neus optrekt.

21-22. Hij wordt broodmager en komt steeds dichter bij de afgrond en de machten van de dood.

23-24. Maar als een boodschapper uit de hemel aanwezig is die als voorspraak dient, een uit duizend die het als een vriend voor hem opneemt, dan zal Hij Zich over hem ontfermen en zeggen: “Maak hem vrij, hij zal niet sterven. Er is voor hem een losgeld betaald.”

25. Dan zal zijn lichaam weer zo gezond worden als dat van een kind, fris en jeugdig.

26. En als hij tot God bidt, zal God naar hem luisteren en hem antwoorden. Hij zal vreugde ervaren als hij het gezicht van de Here weer ziet en zijn rechtvaardigheid weer terugkrijgt.

27. Tegen zijn vrienden zal hij later zeggen: “Ik had gezondigd, maar God gaf mij niet de straf die ik had verdiend.

28. Hij liet mij niet sterven. Ik zal voortaan leven en veel meer van het licht genieten.”

29. Ja, God doet vaak zulke dingen met de mens,

30. tweemaal, zelfs driemaal zijn ziel terughalen uit de grafkuil, zodat hij het levenslicht kan blijven genieten.

Lees verder hoofdstuk Job 33