Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 33:13-25 Het Boek (HTB)

13. Waarom klaagt u bij God dat Hij niet antwoordt?

14. God spreekt wel degelijk—nu op de ene, dan op de andere wijze—hoewel de mens dat misschien niet opmerkt.

15. Bijvoorbeeld in dromen en in nachtelijke visioenen als een diepe slaap komt over mensen die op bed liggen.

16. Op zulke ogenblikken opent Hij hun oren en waarschuwt Hij hen

17-18. zodat zij van gedachten veranderen en ervoor zorgen niet trots te worden. Zij worden gewaarschuwd voor de straf op de zonde en leren goed op te letten dat zij niet op een of andere manier omkomen.

19. God kan een mens echter ook terechtwijzen door een ziekte, zodat hij met voortdurende pijn in zijn botten in bed moet blijven

20. en hij zijn eetlust verliest en zelfs voor het heerlijkste gerecht zijn neus optrekt.

21-22. Hij wordt broodmager en komt steeds dichter bij de afgrond en de machten van de dood.

23-24. Maar als een boodschapper uit de hemel aanwezig is die als voorspraak dient, een uit duizend die het als een vriend voor hem opneemt, dan zal Hij Zich over hem ontfermen en zeggen: “Maak hem vrij, hij zal niet sterven. Er is voor hem een losgeld betaald.”

25. Dan zal zijn lichaam weer zo gezond worden als dat van een kind, fris en jeugdig.

Lees verder hoofdstuk Job 33