Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 28:6-21 Het Boek (HTB)

6. Hij weet hoe hij edelgesteente en goudstof kan vinden,

7. schatten die geen roofvogel kan zien, waar zelfs het oog van de gier niet scherp genoeg voor is.

8. Geen enkel wild dier heeft ooit over die schatten gelopen, de leeuw heeft ze nog nooit met een klauw aangeraakt.

9. De mens weet hoe hij een harde rots kapot kan krijgen en tot in de fundamenten van een berg kan doordringen.

10. Hij hakt gangen in de rotsen en legt kostbare gesteenten bloot.

11. Hij damt onderaardse stromen af en brengt aan het licht wat verborgen is.

12. Maar hoewel de mens dit alles kan, weet hij niet waar hij wijsheid en inzicht kan vinden.

13. En niet alleen weet hij niet hoe hij ze kan krijgen, maar uiteindelijk zijn ze ook niet onder de levenden te vinden.

14. “Hier zijn ze niet,” zeggen de oceanen en de zeeën voegen daaraan toe: “Hier zijn ze ook niet.”

15. Zij zijn niet te koop voor goud of zilver

16. en ook niet voor al het goud van Ofir, kostbare onyx of saffieren.

17. Wijsheid is oneindig veel waardevoller dan goud en kristal. Zij kan niet worden gekocht met gouden sieraden.

18. Wijsheid is veel meer waard dan koraal en kristal, kostbaarder dan een zak vol parels.

19. Topaas uit Ethiopië voldoet niet, net zo min als het puurste goud.

20. Maar waar kunnen wij die wijsheid dan krijgen? Waar is echt inzicht te vinden?

21. Want zij is onzichtbaar voor de ogen van al wat leeft, zelfs scherpe vogelogen kunnen haar niet ontdekken.

Lees verder hoofdstuk Job 28