Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 29:16-24 Het Boek (HTB)

16. Laban had twee dochters, Lea, de oudste en haar jongere zuster Rachel.

17. Lea had fletse ogen, maar Rachel was een echte schoonheid.

18. Jakob werd dan ook verliefd op haar. Daarom zei hij tegen haar vader: ‘Ik zal zeven jaar voor u werken, als u mij daarna Rachel als vrouw wilt geven.’

19. ‘Afgesproken!’ zei Laban. ‘Ik geef haar liever aan jou dan aan iemand van buiten de familie.’

20. Zo bleef Jakob de volgende zeven jaren bij zijn oom werken om Rachel te betalen. De zeven jaren leken hem zeven weken toe, zoveel hield hij van haar.

21. Ten slotte brak de trouwdag aan. ‘Ik heb mijn deel van onze afspraak ingelost,’ zei Jakob tegen Laban. ‘Geef mij nu mijn vrouw, zodat ik met haar kan slapen.’

22. Laban nodigde alle mannen van de nederzetting uit om het heuglijke feit met Jakob te vieren.

23. Later die avond, toen het donker was geworden, bracht Laban Lea bij Jakob en die sliep met haar.

24. Laban gaf Lea een dienares, Zilpa.

Lees verder hoofdstuk Genesis 29