Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 24:1-4 Het Boek (HTB)

1. Abraham was een oud man geworden en de Here had hem in alle opzichten gezegend.

2. Op een dag zei Abraham tegen zijn oudste dienaar, die zijn bezit beheerde:

3. ‘Zweer bij de Here, de God van hemel en aarde, dat je mijn zoon niet zult laten trouwen met een meisje uit deze streek, een Kanaänitische.

4. Je moet naar mijn geboorteland gaan, naar mijn familie en daar een vrouw voor hem zoeken.’

Lees verder hoofdstuk Genesis 24