Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 36:17-33 Het Boek (HTB)

17. Toen bevestigde hij aan de uiteinden van de stroken vijftig lussen en

18. bevestigde die stevig aan elkaar met vijftig kleine koperen haken.

19. De dakbedekking van de tabernakel werd gemaakt van een kleed van roodgeverfde ramsvellen, waar overheen nog een kleed van dassenvellen kwam.

20. Voor de zijden van de tabernakel gebruikte hij rechtopstaande panelen van acaciahout.

21. Elk paneel was 4,5 meter hoog en 67 cm breed.

22. Elk paneel had twee zijgroeven, zodat zij in elkaar vielen.

23. Aan de zuidkant stonden twintig panelen,

24. met de onderste randen in veertig zilveren voetstukken, aan elkaar bevestigd door middel van groeven.

25-26. Ook aan de noordkant stonden twintig panelen met veertig zilveren voetstukken, onder elk paneel twee.

27. De westkant van de tabernakel, die tegelijk de achterkant was, bestond uit zes panelen,

28. met voor elke hoek een extra.

29. Deze panelen, inclusief die in de hoeken, waren van boven en beneden aan elkaar bevestigd met ringen.

30. Zo stonden aan de westkant in totaal acht panelen met zestien zilveren voetstukken eronder, onder elk paneel twee.

31-32. Toen maakten zij dwarsbalken van acaciahout, voor elke kant van de tabernakel vijf.

33. De middelste balk liep van het ene naar het andere einde door het midden van de panelen.

Lees verder hoofdstuk Exodus 36