Oude Testament

Nieuwe Testament

Exodus 12:30-32 Het Boek (HTB)

30. De farao, zijn dienaren en het hele volk stonden 's nachts op, door het hele land kon men de rouwklachten horen, want er was geen huis waar geen dode te betreuren was.

31. Nog diezelfde nacht ontbood de farao Mozes en Aäron en zei: ‘Verlaat ons land! U en uw volk moeten vertrekken.

32. Neem uw kleinvee en uw runderen ook mee, maar vertrek in elk geval! En bid tot uw God voor mij en mijn land.’

Lees verder hoofdstuk Exodus 12