Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 5:11-17 Het Boek (HTB)

11. Noem de naam van de Here, uw God, niet zonder dat dit nodig is. Degene die dat wel doet, zal Ik als schuldig beschouwen.

12. Houd de sabbat heilig. Dat is een gebod van de Here, uw God.

13. Doe op de andere zes dagen uw werk,

14. de zevende dag is de sabbat van de Here, uw God, die dag mag geen werk worden verricht door u of iemand van uw huishouden: uw zonen, dochters, dienaren, ossen, ezels of ander vee. Ook buitenlanders die bij u wonen, moeten dit gebod gehoorzamen. Iedereen moet, net als u, rusten.

15. De sabbat moet u houden om te herdenken dat u slaven was in Egypte en dat de Here, uw God, u uit dat land heeft geleid met een groot vertoon van macht.

16. Eer uw vader en uw moeder naar het gebod van de Here, uw God. Als u dat doet, zult u een lang en voorspoedig leven hebben in het land dat Hij u geeft.

17. U mag niet doodslaan.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 5