Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 4:24-38 Het Boek (HTB)

24. De Here is een verterend vuur, een jaloerse God.

25. Wanneer later uw kinderen en kleinkinderen zijn geboren en u al een lange tijd in het land woont en u zichzelf verontreinigt door afgodsbeelden te maken en tegen Hem te zondigen, zal de Here erg toornig worden.

26. Daarom roep ik nu de hemel en de aarde als getuigen aan dat u dan in het land zult worden vernietigd. Uw dagen daar zullen dan slechts kort zijn, u zult totaal worden vernietigd.

27. De Here zal u onder de andere volken verspreiden en uw aantal zal nog slechts klein zijn.

28. Daar in die verre landen zult u houten en stenen afgodsbeelden vereren, die door mensen zijn gemaakt. Afgoden, die niet kunnen horen of zien en niet kunnen eten of ruiken.

29. Maar u zult vandaar toch weer op zoek gaan naar de Here, uw God. U zult Hem vinden als u Hem met hart en ziel zoekt.

30. Als die bittere dagen over u komen, zult u uiteindelijk terugkeren naar de Here, uw God, en luisteren naar wat Hij u zegt.

31. Want de Here, uw God, is barmhartig. Hij zal u niet in de steek laten of vernietigen, noch het verbond vergeten dat Hij met uw voorouders heeft gesloten.

32. Bekijk de geschiedenis eens—teruggaand tot de tijd dat God de mens op aarde schiep—en zoek van het ene eind van de hemel tot het andere om zoiets te vinden als dit:

33. een heel volk hoorde de stem van God vanuit het vuur, zoals u het hoorde en het bleef leven!

34-35. Waar vindt u een god die een volk uit de slavernij bevrijdt met vreselijke plagen, machtige wonderen, oorlog en angst? Dat deed de Here, uw God, voor u in Egypte waar u zelf bij stond. Hij deed dit zodat u goed zou weten dat de Here God is en dat er niemand is zoals Hij.

36. Hij liet u zijn stem vanuit de hemel horen toen Hij u opdrachten gaf en liet u een zuil van vuur op de aarde zien, u hoorde Hem zelfs spreken vanuit het midden van het vuur.

37. Omdat Hij van uw voorouders hield en besloot hun nakomelingen te zegenen, leidde Hij u persoonlijk door zijn macht uit Egypte.

38. Hij verdreef andere, veel grotere volken dan u en gaf hun land als een erfenis aan u. En nu is het zover!

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 4