Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 25:7-12 Het Boek (HTB)

7. Maar als de broer van de overleden man weigert zijn plicht te doen en niet met de weduwe wil trouwen, zal zij naar de leiders van de stad gaan en zeggen: “De broer van mijn man weigert de naam van zijn broer te laten voortbestaan, hij weigert zijn plicht na te komen en met mij te trouwen.”

8. De leiders van de stad moeten hem bij zich roepen en het met hem bespreken. Als hij dan nog blijft weigeren,

9. zal de weduwe in het bijzijn van de leiders naar hem toe lopen, zijn sandaal van zijn voet trekken en hem in het gezicht spugen. Daarna zal zij zeggen: “Dit gebeurt met een man die weigert het huis van zijn broer op te bouwen.”

10. Vanaf die tijd zal zijn huis “het huis van de man met de blote voet” worden genoemd.

11. Als twee mannen aan het vechten zijn en de vrouw van de ene probeert haar man te helpen door de andere man bij zijn schaamdelen te grijpen,

12. zal haar hand zonder medelijden worden afgehakt.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 25