Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 2:1-4-5 Het Boek (HTB)

1. ‘Vervolgens gingen wij via de woestijn terug in de richting van de Rietzee, want dat had de Here mij opgedragen. Wij zwierven een lange tijd rond in de omgeving van de berg Seïr.

2. Eindelijk zei de Here:

3. “U bent hier nu lang genoeg geweest. Trek in noordelijke richting.

4-5. Breng het volk ervan op de hoogte dat het door het land zal trekken dat aan zijn broeders, de Edomieten, de afstammelingen van Esau, die in Seïr wonen, behoort. De Edomieten zullen bang voor u worden, maar u mag geen vijandelijkheden uitlokken! Ik heb hun het land rond de berg Seïr in bezit gegeven.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 2