Oude Testament

Nieuwe Testament

Deuteronomium 12:1-14 Het Boek (HTB)

1. ‘Dit zijn de geboden en voorschriften die u moet naleven als u aankomt in het land dat de Here, de God van uw vaders, u voor altijd heeft gegeven:

2. u moet alle heiligdommen van andere volken vernietigen, waar u ze ook maar vindt: hoog in de bergen, op de heuvels of onder bladerrijke bomen.

3. Breek de altaren af, sla de gewijde stenen kapot, verbrand de gewijde palen, hak de afgodsbeelden om en laat niets staan dat aan hun bestaan herinnert!

4-5. U mag uw God niet zomaar ergens offers brengen. Nee, u moet naar zijn huis komen dat Hij voor Zichzelf zal bouwen op een plaats die Hij Zelf kiest.

6. Daar zult u de Here uw brandoffers en andere offers brengen, uw tienden, de extra bijdragen, de offers waarmee u een belofte inlost, uw vrijwillige offers en uw offers van het eerstgeborene van uw runderen en schapen.

7. Daar moeten u en uw gezinnen de feesten voor de Here, uw God, vieren en uw blijdschap uiten over alles wat Hij voor u heeft gedaan.

8. U zult niet langer uw eigen zin doen, zoals tot nu toe; iedereen doet nu wat hij denkt dat goed is.

9. Want deze wetten gaan pas in als u bent aangekomen op de plaats van rust die de Here u zal geven.

10. Maar wanneer u de Jordaan oversteekt en in het beloofde land woont, zal de Here u rust geven en u beschermen tegen uw vijanden.

11. Dan moet u al uw brandoffers en andere offers naar zijn heiligdom brengen. De plaats, die Hij zal kiezen als zijn huis.

12. U zult daar voor de ogen van de Here blij zijn, samen met uw zonen, dochters en dienaren. En vergeet niet de Levieten voor dat feest uit te nodigen, want zij hebben geen eigen grondgebied.

13. Let erop dat u uw brandoffers niet zomaar ergens offert,

14. u mag dat alleen doen op de plaats die de Here zal kiezen. Hij zal een plaats uitkiezen in een gebied dat aan een van de stammen is toegewezen. Alleen dáár mag u offeren en alles doen wat ik u opdraag.

Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 12