Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Samuël 8:13-18 Het Boek (HTB)

13. Na zijn terugkeer van een overwinning op achttienduizend Edomieten in het Zoutdal, werd David een beroemd man.

14. In heel Edom plaatste hij garnizoenen die ervoor zorgden dat het hele volk belasting betaalde, weer een voorbeeld van de manier waarop de Here hem overal overwinnaar maakte.

15. David regeerde Israël op een rechtvaardige manier en was tegenover iedereen eerlijk.

16. De bevelhebber van zijn leger was Joab, de zoon van Zeruja, en zijn kanselier was Josafat, de zoon van Ahilud.

17. Zadok, de zoon van Ahitub, en Achimélech, de zoon van Abjathar, waren de hogepriesters en Sereja was de secretaris van de koning.

18. Benaja, de zoon van Jojada, stond aan het hoofd van Davids lijfwacht en Davids zonen waren zijn adviseurs.

Lees verder hoofdstuk 2 Samuël 8