Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Samuël 17:8-12 Het Boek (HTB)

8. Hij bleef staan en schreeuwde naar de Israëlieten: ‘Zouden jullie wel optrekken en vechten? Ik vertegenwoordig de Filistijnen, kiezen jullie uit de mannen van Saul ook een vertegenwoordiger, dan zullen wij dit in een man-tegen-man gevecht uitvechten!

9. Als jullie man erin slaagt mij te doden, zullen wij jullie slaven worden! Maar als ik hem dood, moeten jullie onze slaven worden!

10. Ik daag de legers van Israël uit! Stuur mij een man die tegen mij wil vechten!’

11. Toen Saul en zijn mannen dit hoorden, raakten zij ontmoedigd en werden bang.

12. David was de zoon van de hoogbejaarde Isaï, die in Bethlehem in Juda woonde en acht zonen had.

Lees verder hoofdstuk 1 Samuël 17