Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Koningen 18:11-17 Het Boek (HTB)

11. En nu zegt u dat ik hem moet gaan vertellen dat u hier bent!

12. Maar wie garandeert mij dat, zo gauw ik u hier achterlaat, de Geest van de Here u niet zal wegdragen, wie weet waar naar toe. Als Achab dan komt en u hier niet aantreft, zal hij mij doden. Ik ben toch mijn hele leven een trouw dienaar van de Here geweest?

13. Heeft niemand u verteld dat ik honderd profeten heb verborgen in twee grotten en hen heb verzorgd met brood en water, toen Izébel probeerde alle profeten van de Here te doden?

14. En nu zegt u: “Ga de koning vertellen dat Elia er is”. Heer, als u dat doet, betekent het mijn dood!’

15. Maar Elia zei: ‘Ik zweer bij de Here van de hemelse legers, namens wie ik hier sta, dat ik mij vandaag aan Achab zal vertonen.’

16. Toen ging Obadja naar Achab om hem te vertellen dat Elia er was en Achab ging naar hem toe.

17. ‘Zo, daar bent u dus: de man die deze ramp over Israël heeft gebracht!’ riep Achab toen hij hem zag.

Lees verder hoofdstuk 1 Koningen 18