Oude Testament

Nieuwe Testament

Mattheüs 4:5-10 Het Boek (HTB)

5. Toen nam de duivel Hem mee naar het dak van de tempel in Jeruzalem.

6. ‘Als U de Zoon van God bent,’ zei hij, ‘spring dan naar beneden. Er staat immers in de Boeken dat God zijn engelen zal sturen om U te beschermen. Zij zullen U op handen dragen en U zult niet struikelen.’

7. Jezus antwoordde: ‘Er staat ook: “Stel de Here, uw God, niet op de proef.” ’

8. De duivel nam Hem weer mee, nu naar een heel hoge berg. Hij liet Hem alle landen van de wereld zien, met al hun pracht en praal.

9. ‘Dat zal ik U allemaal geven,’ zei hij, ‘als U voor mij neerknielt en mij aanbidt.’

10. ‘Ga weg, Satan,’ zei Jezus. ‘Er staat immers in de Boeken: “Aanbid de Here, uw God, en geef niemand anders eer.” ’

Lees verder hoofdstuk Mattheüs 4