Oude Testament

Nieuwe Testament

Mattheüs 14:3-9 Het Boek (HTB)

3. Herodes had Johannes namelijk gearresteerd en op aandringen van Herodias, de vrouw van zijn broer Filippus, gevangen gezet.

4. Want Johannes had tegen hem gezegd dat hij niet met haar mocht samenleven.

5. Daarom had hij Johannes willen doden. Maar hij durfde het niet uit angst voor een opstand. Het volk geloofde dat Johannes een profeet was.

6. Op de verjaardag van Herodes kwam de dochter van Herodias de feestzaal binnen en danste voor de gasten.

7. Herodes vond het zo mooi, dat hij beloofde haar te zullen geven wat zij verlangde. ‘Ik zweer het je,’ zei hij.

8. Op aanraden van haar moeder vroeg zij om het hoofd van Johannes de Doper, op een schaal.

9. Herodes vond dit heel erg, maar kon er niet onderuit. Al zijn gasten hadden gehoord welke eed hij had gezworen.

Lees verder hoofdstuk Mattheüs 14