Oude Testament

Nieuwe Testament

Mattheüs 10:24-30 Het Boek (HTB)

24. Een leerling is niet meer dan zijn leraar en een knecht niet meer dan zijn baas.

25. Een leerling mag blij zijn als hij zo wordt als zijn leraar, en een knecht als hij wordt als zijn baas. Ze hebben Mij, als de leider, uitgescholden voor Beëlzebul, duivel. Wat zullen zij dan wel van jullie zeggen?

26. Maar wees niet bang voor de mensen die je kwaad willen doen. Want wat verborgen is, zal ontdekt worden, en wat geheim is, zal bekend worden.

27. Wat Ik nu in het donker zeg, vertel dat rond bij daglicht. Wat Ik je in het oor fluister, schreeuw het van de daken!

28. Wees niet bang voor hen die wel je lichaam kunnen doden, maar niet je ziel. Wees alleen bang voor God die zowel je ziel als je lichaam kan vernietigen in de hel.

29. Geen enkele mus valt op de grond zonder dat je hemelse Vader ervan weet. En wat kost nu een mus? Bijna niets.

30. Zelfs de haren op je hoofd zijn allemaal geteld.

Lees verder hoofdstuk Mattheüs 10