Oude Testament

Nieuwe Testament

Lucas 22:28-36 Het Boek (HTB)

28. Jullie zijn Mij in deze vreselijk moeilijke dagen altijd trouw gebleven.

29. Daarom zullen jullie mogen eten en drinken aan mijn tafel in het koninkrijk dat mijn Vader Mij heeft gegeven.

30. Jullie zullen op tronen zitten om recht te spreken over de twaalf stammen van Israël.

31. Simon, Simon, let op. Satan heeft gesmeekt of hij jullie door elkaar mag schudden als tarwe in een zeef.

32. Maar Ik heb gebeden dat je geloof je niet in de steek zal laten. Wanneer je van je verkeerde weg bent teruggekomen, sterk dan je broeders in hun geloof.’

33. Simon zei: ‘Here, ik ben bereid met U de gevangenis in te gaan en zelfs de dood.’

34. Maar Jezus antwoordde: ‘Ik wil je één ding zeggen, Petrus: voordat de haan kraait, zul je drie keer hebben gezegd dat je Mij niet kent.’

35. Daarna vroeg Jezus zijn leerlingen: ‘Ik heb jullie er eens zonder geld, tas of extra kleren op uit gestuurd om de mensen het goede nieuws te brengen. Kwamen jullie toen iets tekort?’ ‘Nee, niets,’ antwoordden ze.

36. ‘Maar,’ ging Hij verder, ‘neem nu een beurs mee als je er één hebt en een tas. Als je geen zwaard hebt, verkoop dan je mantel. Dan kun je een zwaard kopen.

Lees verder hoofdstuk Lucas 22