Oude Testament

Nieuwe Testament

Johannes 8:41-51 Het Boek (HTB)

41. U doet precies hetzelfde als uw echte vader.’ ‘Wij zijn niet uit ontucht geboren!’ protesteerden zij. ‘Niemand anders dan God is onze Vader.’

42. Jezus zei: ‘Als God uw Vader was, zou u van Mij houden. Want Ik ben van God uit naar u toegekomen. Ik ben niet uit Mijzelf gekomen, maar God heeft Mij gestuurd.

43. Waarom begrijpt u niet wat Ik zeg? Omdat u niet in staat bent mijn woorden aan te horen.

44. U bent kinderen van de duivel en doet graag wat hij wil. Hij is al sinds het begin een moordenaar en heeft altijd buiten de waarheid gestaan, want de waarheid is hem vreemd. Hij kan alleen maar liegen, hij is de bron van de leugen.

45. Omdat Ik de waarheid spreek, gelooft u Mij niet.

46. Wie van u kan Mij beschuldigen van iets slechts? Ik spreek de waarheid. Waarom gelooft u Mij dan niet?

47. Wie bij God hoort, begrijpt wat Hij zegt. Omdat u niet bij God hoort, begrijpt u Hem niet.’

48. ‘Hebben wij niet gezegd dat U een Samaritaan bent?’ zeiden de Joden. ‘U bent bezeten.’

49. ‘Ik ben niet bezeten,’ antwoordde Jezus. ‘Ik eer mijn Vader, maar u doet niets anders dan Mij beledigen.

50. Ik ben overigens niet op mijn eigen eer uit. God geeft Mij eer en Hij is degene die oordeelt.

51. Onthoud dit: wie doet wat Ik zeg, zal nooit sterven.’

Lees verder hoofdstuk Johannes 8