Oude Testament

Nieuwe Testament

Handelingen 2:13-20 Het Boek (HTB)

13. ‘Die mensen hebben vast teveel zoete wijn gedronken,’ lachten sommigen schamper.

14. De twaalf apostelen stonden op en Petrus nam het woord. ‘Mannen van Israël!’ riep hij. ‘Inwoners en bezoekers van Jeruzalem, luister!

15. Wij zijn helemaal niet dronken, zoals u denkt. De dag is nog maar net begonnen, het is pas negen uur.

16. Wat hier gebeurt, is al lang geleden door de profeet Joël voorspeld:

17. “God zal aan het einde van de tijd zijn Geest over alle mensen uitstorten. Uw zonen en dochters zullen Gods woorden spreken. Jonge mannen zullen visioenen zien en oude mannen bijzondere dromen hebben.

18. In die dagen zal God zijn Geest ook uitstorten over allen die Hem dienen, mannen zowel als vrouwen, en zij zullen zijn woorden spreken.

19. Hij zal wonderlijke dingen laten gebeuren in de hemel en op de aarde: bloed, vuur en rookwolken.

20. De zon zal veranderen in duisternis en de maan in bloed, voordat die grote en ontzagwekkende dag van de Here aanbreekt.

Lees verder hoofdstuk Handelingen 2