Oude Testament

Nieuwe Testament

2 Korinthiërs 1:13-16 Het Boek (HTB)

13. Mijn brieven zijn rechttoe, rechtaan geweest. Er is niets onduidelijks bij.

14. Ik zou het fijn vinden als u begreep, zoals u ten dele ook doet, dat u trots op ons kunt zijn, net zoals wij op u trots zullen zijn op de grote dag als onze Here Jezus terugkomt.

15. Omdat ik zo zeker was van uw begrip en vertrouwen, had ik besloten op weg naar Macedonië bij u langs te komen en op de terugweg nog eens. Dan kon ik u twee keer tot zegen zijn

16. en zou u mij kunnen voorthelpen op mijn reis naar Judea.

Lees verder hoofdstuk 2 Korinthiërs 1