Oude Testament

Nieuwe Testament

1 Timotheüs 4:13-16 Het Boek (HTB)

13. Tot ik kom, moet je uit de Boeken voorlezen. Leg de gemeente uit wat het betekent en maak het goede nieuws bekend.

14. Gebruik de bijzondere gave die God je door zijn profetisch woord heeft gegeven, toen de leiders van de gemeente jou de handen oplegden.

15. Doe iets met die gave, zet je voor die taken in, zodat iedereen je vooruitgang zal opmerken.

16. Pas goed op jezelf in alles wat je denkt en doet. Blijf trouw aan wat juist en goed is en God zal niet alleen jou redden, maar ook de mensen die naar je luisteren.

Lees verder hoofdstuk 1 Timotheüs 4