Oude Testament

Nieuwe Testament

Richters 3:14-19 BasisBijbel (BB)

14. De Israëlieten dienden 18 jaar lang koning Eglon.

15. Toen begonnen ze de Heer om hulp te roepen. En de Heer gaf hun een man die hen moest bevrijden. Dat was Ehud, de zoon van Gera, uit de stam van Benjamin. Hij was linkshandig. De Israëlieten stuurden hem naar koning Eglon van Moab [ in Jericho ]. Hij ging hem hun belasting brengen.

16. Ehud maakte een kort, scherp zwaard van 1 el [ (45 cm) ] lang en verborg dat onder zijn kleren, op zijn rechterheup.

17. Zo bracht hij de belasting naar koning Eglon. Koning Eglon was erg dik.

18. Toen Ehud de belasting had afgegeven, ging hij met zijn mannen terug.

19. Maar bij de godenbeelden van Gilgal ging hij alleen terug naar koning Eglon. Hij zei tegen hem: "Ik heb een geheime boodschap voor u, mijn heer de koning!" Toen zei de koning: "Zwijg. Laat eerst iedereen weggaan!" Iedereen verliet de zaal.

Lees verder hoofdstuk Richters 3