hoofdstukken

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
  69. 69
  70. 70
  71. 71
  72. 72
  73. 73
  74. 74
  75. 75
  76. 76
  77. 77
  78. 78
  79. 79
  80. 80
  81. 81
  82. 82
  83. 83
  84. 84
  85. 85
  86. 86
  87. 87
  88. 88
  89. 89
  90. 90
  91. 91
  92. 92
  93. 93
  94. 94
  95. 95
  96. 96
  97. 97
  98. 98
  99. 99
  100. 100
  101. 101
  102. 102
  103. 103
  104. 104
  105. 105
  106. 106
  107. 107
  108. 108
  109. 109
  110. 110
  111. 111
  112. 112
  113. 113
  114. 114
  115. 115
  116. 116
  117. 117
  118. 118
  119. 119
  120. 120
  121. 121
  122. 122
  123. 123
  124. 124
  125. 125
  126. 126
  127. 127
  128. 128
  129. 129
  130. 130
  131. 131
  132. 132
  133. 133
  134. 134
  135. 135
  136. 136
  137. 137
  138. 138
  139. 139
  140. 140
  141. 141
  142. 142
  143. 143
  144. 144
  145. 145
  146. 146
  147. 147
  148. 148
  149. 149
  150. 150

Oude Testament

Nieuwe Testament

Psalmen 80 BasisBijbel (BB)

Psalm 80

1. Een lied van Asaf, op de wijs van: 'De lelies.' Voor de leider van het koor.

2. Heer, Herder van Israël, luister alstublieft!U leidt ons zoals een herder zijn kudde leidt.U die tussen de engelen troont ,verschijn nu in uw volle pracht!

3. Kom zo uw volk redden.Laat ons zien hoe machtig U bent.

4. God, zorg er alstublieft voor dat het weer goed gaat met ons!Wees weer goed voor ons, dan worden we gered.

5. Heer, God van de hemelse legers,hoelang blijft U nog zó boos op uw volk,dat U niet wil luisteren naar onze gebeden?

6. U geeft ons ellende te eten.U geeft ons tranen te drinken.

7. Onze buurlanden maken er ruzie overwie van hen ons land mag hebben.Onze vijanden lachen ons uit.

8. God van de hemelse legers,zorg er alstublieft voor dat het weer goed gaat met ons!Wees weer goed voor ons, dan worden we gered.

9. U groef in Egypte een wijnstruik uit[ : Israël ].U verjoeg allerlei volken en plantte die struik in hun land.

10. U bewerkte de grond,zodat de struik ruimte kreeg om te wortelen.Hij groeide en vulde het land.

11. De schaduw van de struik kwam tot aan de bergen,zijn takken waren zo groot als cederbomen.

12. Ze groeiden tot aan de zee [ in het westen ],tot aan de Rivier [ in het oosten ].

13. Waarom heeft U de muren rondom uw wijnstruik afgebroken?Nu kan iedereen die langs loopt de druiven plukken!

14. De wilde zwijnen uit het bos vertrappen hem.De wilde dieren vreten hem kaal.

15. God van de hemelse legers,kom alstublieft bij ons terug!Kijk vanuit de hemel naar onsen zorg alstublieft voor ons, uw wijnstruik!

16. Zorg alstublieft voor de stek die U Zelf heeft geplant,die U Zelf heeft verzorgd als een zoon tot hij groot was.

17. Hij is afgehakt en in brand gestoken.Maar U zal uw vijanden daarvoor straffen!

18. Bescherm de zoon die U heeft uitgekozen,de zoon die U Zelf heeft grootgebracht.

19. Dan zullen we niet meer bij U weglopen.Red ons, dan zullen we U aanbidden.