24. Wat heeft U alles toch mooi gemaakt, Heer!Alles zit zo knap en zo wijs in elkaar!De aarde is vol met de prachtige dingen die U heeft gemaakt.
25. De grote wijde zee,vol met ontelbare dieren, kleine en grote.
26. Daar varen de schepen,daar spelen de zeemonsters die U heeft gemaakt.
27. Alle dieren vertrouwen er opdat U hun op tijd te eten geeft.
28. Wat U hun geeft, eten ze op.U geeft hun altijd meer dan genoeg.
29. Maar als U hen in de steek laat, sterven ze.Als U hun de adem afneemt, worden ze weer stof.