Oude Testament

Nieuwe Testament

Numeri 10:16-26 BasisBijbel (BB)

16. Aan het hoofd van de stam van Zebulon stond Eliab, de zoon van Helon.

17. Daarna vertrokken de Gersonieten en de Merarieten. Zij droegen de tent van ontmoeting, die afgebroken was.

18. Daarna vertrokken de stammen die bij de vlag van de stam van Ruben stonden. Aan het hoofd van de stam van Ruben stond Elizur, de zoon van Sedeür.

19. Aan het hoofd van de stam van Simeon stond Selumiël, de zoon van Zurisaddai.

20. Aan het hoofd van de stam van Gad stond Eljasaf, de zoon van Rehuël.

21. Daarna vertrokken de Kehatieten, die de heilige voorwerpen moesten dragen. De tent van ontmoeting werd opgezet voordat zij kwamen.

22. Daarna vertrokken de stammen die bij de vlag van de stam van Efraïm stonden. Aan het hoofd van de stam van Efraïm stond Elisama, de zoon van Ammihud.

23. Aan het hoofd van de stam van Manasse stond Gamaliël, de zoon van Pedazur.

24. Aan het hoofd van de stam van Benjamin stond Abidan, de zoon van Gideoni.

25. Als laatste vertrokken de stammen die bij de vlag van de stam van Dan stonden. Aan het hoofd van de stam van Dan stond Ahiëzer, de zoon van Ammisaddai.

26. Aan het hoofd van de stam van Aser stond Pagiël, de zoon van Ochran.

Lees verder hoofdstuk Numeri 10