Oude Testament

Nieuwe Testament

Leviticus 20:1-5 BasisBijbel (BB)

1. De Heer zei tegen Mozes:

2. "Zeg ook tegen de Israëlieten:Als een Israëliet of een vreemdeling die in Israël woont, zijn kinderen aan de [ afgod ] Moloch offert, moet hij worden gedood. De mensen moeten hem met stenen doodgooien.

3. Ik zal zijn vijand zijn en hem doden, omdat hij zijn kinderen aan Moloch heeft gegeven. Want daarmee heeft hij mijn heiligdom onrein gemaakt en Mij beledigd.

4. Als de mensen wel weten wat hij doet, maar er niets aan doen en hem niet doden,

5. dan zal Ik [ Zelf ] hem en zijn familie doden. Ik zal iedereen doden die met hem meedoet en Moloch aanbidt en daarmee ontrouw is aan Mij.

Lees verder hoofdstuk Leviticus 20