Oude Testament

Nieuwe Testament

Leviticus 16:7-10 BasisBijbel (BB)

7. Daarna moet hij de twee mannetjes-geiten bij Mij brengen, bij de ingang van de tent van ontmoeting.

8. Aäron moet over deze twee bokken loten welke bok voor de Heer is en welke voor Azazel .

9. De bok die voor de Heer is, moet Aäron aan Mij als vergevings-offer offeren.

10. Maar de bok voor Azazel moet levend bij Mij gebracht worden. Later zal hij de woestijn in gestuurd worden en voor Azazel zijn. Zo zal dat dier zorgen voor vergeving voor het volk. [ Hij neemt alles wat het volk verkeerd gedaan heeft, mee de woestijn in ].

Lees verder hoofdstuk Leviticus 16