Oude Testament

Nieuwe Testament

Leviticus 10:9-18 BasisBijbel (BB)

9. "Je mag geen wijn of andere drank met alcohol [ meer ] drinken. Jij niet en je zonen ook niet. Niet als jullie in de tent van ontmoeting moeten dienen. Want anders zullen jullie sterven. Dit is een eeuwig bevel voor jou en je familie ná jou.

10. Want jullie moeten het verschil weten tussen heilig en onheilig, tussen rein en onrein.

11. Alleen zó kunnen jullie aan de Israëlieten de wetten leren die Ik jullie door Mozes gegeven heb."

12. Mozes zei tegen Aäron en zijn zonen Eleazar en Itamar die overgebleven waren: "Het deel van het meel-offer dat overblijft van de vuur-offers van de Heer, is voor jullie. Bak er ongegiste broden van. Eet die naast het altaar, want ze zijn heel erg heilig.

13. Daarom moeten jullie ze op een heilige plaats eten. Dat deel van de vuur-offers van de Heer is voor jullie. Zó heeft de Heer het mij bevolen.

14. Ook het borststuk en de schouder zijn voor jullie en jullie gezinnen. Maar eerst zijn die aan de Heer gegeven. Ze zijn naar Hem omhoog gehouden en heen en weer bewogen. Dat is jullie deel van de dank-offers van het volk Israël. Jullie moeten ze op een reine plaats opeten.

15. Die schouder en dat borststuk moeten de Israëlieten aan de Heer geven, door ze bij de vuur-offers van de vetstukken naar de Heer omhoog te houden en heen en weer te bewegen. Daarna zijn ze voor jullie en jullie gezinnen. Dat is een eeuwige wet voor jullie en voor jullie families ná jullie, zoals de Heer bevolen heeft."

16. Mozes zocht overal naar de mannetjes-geit van het vergevings-offer, maar ontdekte dat die helemaal was verbrand op het altaar. Toen werd hij woedend op Eleazar en Itamar, de twee zonen van Aäron die overgebleven waren.

17. Hij zei tegen hen: "Jullie hadden het vlees van dat offer in het heiligdom moeten opeten. Want het is heel erg heilig. Waarom hebben jullie dat niet gedaan? De Heer gaf dat deel van het dier aan jullie om de schuld van het volk weg te doen en voor hen aan de Heer om vergeving te vragen.

18. Jullie wisten dat het bloed niet in het heiligdom gebracht was. Dus hadden jullie het vlees in het heiligdom moeten eten, zoals ik bevolen had."

Lees verder hoofdstuk Leviticus 10