Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 30:16-23 BasisBijbel (BB)

16. Ik ben helemaal radeloos.Dagen vol ellende volgen elkaar op.

17. De nacht is niet om door te komen van de pijn in mijn botten.Het bloed klopt bonkend in mijn polsen.

18. Mijn lichaam is ziek van alle ellende.Mijn huid hangt als een zak om me heen.

19. God heeft me in de modder gesmeten.Ik voel me alsof ik zelf niet méér ben dan stof.

20. Ik roep U om hulp, maar U antwoordt mij niet.Ik sta daar, maar U kijkt niet naar me om.

21. U doet tegen me als een genadeloze vijand.Met al uw kracht slaat U me.

22. Ik voel me alsof U een hevige storm op me heeft losgelaten,een storm die mij meesleurt en op mij inbeukt.

23. Ik weet zeker dat U me wil doden.U jaagt me naar het dodenrijk,waar alles wat leeft terechtkomt.

Lees verder hoofdstuk Job 30