Oude Testament

Nieuwe Testament

Job 10:3-14 BasisBijbel (BB)

3. Heeft U er zelf iets aan om het mij zo moeilijk te maken?U heeft mij zelf gemaakt.Waarom laat U mij dan nu in de steek?Maar U bent wél goed voor de mensen die zich niets van U aantrekken!

4. Heeft U dan mensenogen?Kijkt U naar de mensen zoals mensen dat doen?

5. Leeft U soms net zo kort als wij?Telt uw leven niet méér jaren dan dat van een mens?

6. Waarom zoekt U dan naar wat ik verkeerd heb gedaan?Waarom zoekt U iets waarin ik U ongehoorzaam ben geweest?

7. Want dat doet U, terwijl U weet dat ik niet schuldig ben.En U weet ook dat niemand mij kan helpen aan U te ontkomen.

8. U heeft mij met uw eigen handen gemaakt.Maar diezelfde handen doen mij nu zoveel pijn!U vernietigt me!

9. Bedenk toch dat U mij als klei hebt gevormd.Ik ben van het stof gemaakt en zal ook weer stof worden.

10. Net zoals melk wordt uitgegoten en tot kaas wordt gevormd,zo heeft U mij gevormd van het stof.

11. U heeft huid en vlees om mij heen gelegd.U gaf mij botten en spieren.

12. U schonk mij het leven en was goed en vriendelijk voor mij.Zorgzaam waakte U over mijn leven.

13. Maar nu blijkt wat U met me van plan was.Ik weet nu wat uw bedoeling met mij was.

14. U wilde kijken of ik U ongehoorzaam zou zijn.En dan wilde U mij daarvoor straffen.

Lees verder hoofdstuk Job 10