Oude Testament

Nieuwe Testament

Jeremia 48:1-9 BasisBijbel (BB)

1. Over Moab zegt de Heer: "Dit zegt de Heer van de hemelse legers, de God van Israël: Nebo treurt, want het is verwoest. Kirjataïm staat voor schut, want de burcht is veroverd.

2. Moab wordt door niemand meer geprezen. In Hesbon werd het plan gemaakt om Moab te vernietigen. Ze zeiden tegen elkaar: 'We vernietigen dat hele volk! We zullen ook Madmen vernietigen. We doden iedereen!'

3. Hoor! In Horonaïm wordt geschreeuwd! Alles wordt verwoest, iedereen gedood.

4. Moab is overwonnen. De kinderen schreeuwen het uit.

5. Huilend beklimmen de mensen de helling van de Luhit. Ook in de bergpas van Horonaïm jammeren de mensen.

6. Ze roepen: 'Vlucht! Probeer je leven te redden! Dat is het enige wat je nog redden kan! Verder zul je niets meer hebben!'

7. Moab, jij hebt vertrouwd op je eigen kracht en op je schatten. Daarom zal ook jij veroverd worden. [ Je god ] Kamos zal als buit worden meegenomen, samen met de priesters en de leiders van het land.

8. Alle steden zullen worden verwoest. Er zal er geen één overblijven. Alles in het dal zal worden vernield. Er zal niets van overblijven. Want de Heer heeft het gezegd en Hij zal het ook doen.

9. Geef vleugels aan Moab, want alleen dan zal Moab kunnen vluchten. De steden zullen verwoest worden. Er zal niemand meer wonen.

Lees verder hoofdstuk Jeremia 48