Oude Testament

Nieuwe Testament

Jeremia 2:18-23 BasisBijbel (BB)

18. Waarom gaan jullie naar Egypte om daar water uit de Nijl te drinken? En waarom gaan jullie naar Assur om water uit de Eufraat te drinken?

19. Dat is verkeerd en het zal jullie veel kwaad doen. Geef toch toe dat het verkeerd van jullie was om je Heer God te verlaten. Dat het verkeerd was om geen ontzag meer voor Hem te hebben. Dit zeg Ik, de Heer van de hemelse legers.

20. Ik heb je vroeger bevrijd uit de slavernij [ in Egypte ]. Maar je wilde Mij niet dienen. Op elke hoge heuvel en onder elke grote boom aanbid je allerlei andere goden.

21. Maar Ik had het anders bedoeld. Ik had je geplant als een wijnstruik van de allerbeste soort. Maar je bent helemaal veranderd. Je bent zó verwilderd, dat je meer lijkt op een wilde wijnstruik waar nooit voor gezorgd is!

22. Je bent heel erg schuldig. Zelfs als je je met bijtend zuur en sterke zeep zou wassen, zou Ik nog steeds de schuld van je ongehoorzaamheid kunnen zien, zegt de Heer.

23. Hoe kun je beweren: 'Ik ben niet vuil. Ik ben geen andere goden gaan aanbidden.' Ik zie toch Zelf waar je in het dal heen gaat? Ik zie wat je daar doet. Je lijkt wel een onrustig rondrennende vrouwtjes-kameel, of een vrouwtjes-ezel in de woestijn.

Lees verder hoofdstuk Jeremia 2