Oude Testament

Nieuwe Testament

Jeremia 16:17-21 BasisBijbel (BB)

17. Want Ik zie alles wat ze doen. Niets is voor Mij verborgen. Ik zie alle slechte dingen die ze doen.

18. Ik zal hen eerst zwaar straffen voor alles wat ze gedaan hebben. Ik zal hen dubbel straffen. Want ze hebben mijn hele land bedorven met hun levenloze godenbeelden en hun walgelijke afgoden. Het land staat er vol mee."

19. [ Jeremia zegt: ] "Heer, bij U ben ik zo veilig als in een burcht. U beschermt mij. Ik kan naar U toe vluchten in tijd van gevaar. Van over de hele aarde zullen de volken naar U toe komen. Ze zullen zeggen: 'Onze voorouders kenden de waarheid niet. Hun goden waren machteloze goden die ons niet konden helpen.' "

20. [ De Heer zegt: ] "Als mensen zelf goden maken, zijn dat geen echte goden!

21. Daarom maak Ik Mijzelf aan hen bekend. Ik laat hun mijn kracht en mijn macht zien. Dan zullen ze toegeven dat Ik de Heer ben."

Lees verder hoofdstuk Jeremia 16