Oude Testament

Nieuwe Testament

Habakuk 3:5-12 BasisBijbel (BB)

5. De pest ging voor Hem uit.Vurige koorts kwam achter Hem aan.

6. Hij stond op en verdeelde de aarde.Hij keek rond en deed de volken beven.De eeuwenoude bergen werden verpletterd.De eeuwenoude heuvels stortten in.Hij bepaalt de geschiedenis.

7. Ik zag de tenten van Kusan en van Midian schudden in de wind.

8. Heer, was U kwaad op de rivieren of op de zee,dat U kwam aanrazen op uw paarden en uw overwinnende strijdwagens?

9. U hield de boog al gespannen.U hield Zich aan uw beloften die U aan de stammen had gedaan.U heeft de rivieren van de aarde in tweeën gespleten.

10. Toen de bergen U zagen, schudden zij.De afgrond bulderde en de golven rezen hoog op.

11. De zon en de maan stonden stil.Snel als het licht flitsten uw pijlen, bliksemde uw speer.

12. Woedend trok U door het land en strafte U de volken.

Lees verder hoofdstuk Habakuk 3