Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 5:9-27 BasisBijbel (BB)

9. Toen Enos 90 jaar was, kreeg hij een zoon: Kenan.

10. Nadat Kenan was geboren, leefde Enos nog 815 jaar. Hij kreeg nog meer zonen en dochters.

11. Hij stierf toen hij 905 jaar was.

12. Toen Kenan 70 jaar was, kreeg hij een zoon: Mahalaleël.

13. Nadat Mahalaleël was geboren, leefde Kenan nog 840 jaar. Hij kreeg nog meer zonen en dochters.

14. Hij stierf toen hij 910 jaar was.

15. Toen Mahalaleël 65 jaar was, kreeg hij een zoon: Jered.

16. Nadat Jered was geboren, leefde Mahalaleël nog 830 jaar. Hij kreeg nog meer zonen en dochters.

17. Hij stierf toen hij 895 jaar was.

18. Toen Jered 162 jaar was, kreeg hij een zoon: Henoch.

19. Nadat Henoch was geboren, leefde Jered nog 800 jaar. Hij kreeg nog meer zonen en dochters.

20. Hij stierf toen hij 962 jaar was.

21. Toen Henoch [ (= 'toegewijd') ] 65 jaar was, kreeg hij een zoon: Metusala.

22. Nadat Metusala [ (= 'als hij gestorven is, zal het gebeuren') ] was geboren, leefde Henoch nog 300 jaar lang met God. Hij kreeg nog meer zonen en dochters.

23. Hij werd 365 jaar.

24. Henoch leefde met God. En opeens was hij er niet meer, want God had hem meegenomen [ naar de hemel ].

25. Toen Metusala 187 jaar was, kreeg hij een zoon: Lamech.

26. Nadat Lamech was geboren, leefde Metusala nog 782 jaar. Hij kreeg nog meer zonen en dochters.

27. Hij stierf toen hij 969 jaar was.

Lees verder hoofdstuk Genesis 5