18. – Ik vertrouw op uw goedheid, Heer.
19. Gad zal worden aangevallen door een roversbende, maar hij zal hen uiteindelijk overwinnen.
20. Aser zal rijke oogsten hebben. Hij zal heerlijk eten leveren, geschikt voor een koning.
21. Naftali lijkt op een rondspringend hert. Hij spreekt vriendelijke woorden.
22. Jozef lijkt op een vruchtbare boom bij een bron. Zijn takken groeien over de muur.