Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 44:8-11 BasisBijbel (BB)

8. Het geld dat we bovenin onze zakken hadden gevonden, hebben we u teruggebracht uit Kanaän. Waarom zouden we dan uit het huis van uw meester zilver of goud stelen?

9. Als u bij één van ons de beker vindt, mag u die man doden. En wij zullen allemaal uw slaven worden."

10. Toen zei de man: "Dat is goed. De man bij wie we de beker vinden, zal mijn slaaf worden. De anderen mogen vrij vertrekken."

11. Ze laadden haastig hun zakken van de ezels en maakten ze open.

Lees verder hoofdstuk Genesis 44