20. Jakob zette op haar graf een steen overeind. Die staat daar nu nog steeds.
21. Daarna brak Israël zijn tenten af en zette ze aan de andere kant van Migdal-Eder weer op.
22. In de tijd dat Israël in dat land woonde, ging [ zijn oudste zoon ] Ruben naar bed met Bilha, één van Israëls bijvrouwen. Maar Israël kwam het te weten.
23. Israël had twaalf zonen.De zonen van Lea waren: Ruben, de oudste zoon van Jakob, verder Simeon, Levi, Juda, Issaschar en Zebulon.
24. De zonen van Rachel waren: Jozef en Benjamin.
25. De zonen van Rachels slavin Bilha waren: Dan en Naftali