Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 31:1-4 BasisBijbel (BB)

1. Maar Jakob hoorde de zonen van Laban mopperen: "Jakob heeft onze vader alles afgenomen. Hij is rijk geworden van alles wat eerst van onze vader was."

2. Ook merkte hij dat Laban niet meer zo vriendelijk naar hem keek als eerst.

3. Toen zei de Heer tegen Jakob: "Ga terug naar je geboorteland en naar je familie. Ik zal met je zijn."

4. Jakob liet Rachel en Lea naar het veld komen waar hij met zijn kudden was.

Lees verder hoofdstuk Genesis 31