Oude Testament

Nieuwe Testament

Genesis 18:13-16 BasisBijbel (BB)

13. Toen zei de Heer tegen Abraham: "Waarom lacht Sara daar? Waarom zegt ze: 'Alsof ik nog een kind zou krijgen, terwijl ik al zo oud ben!'?

14. Voor de Heer is niets te wonderlijk! Op de juiste tijd, over een jaar, zal Ik bij jullie terugkomen. Dan zal Sara een zoon hebben."

15. Toen loog Sara en zei: "Ik heb niet gelachen." Want ze was bang. Maar de Heer zei: "Dat is niet waar. Je hebt wél gelachen."

16. Toen vertrokken de mannen in de richting van Sodom. Abraham liep een eind met hen mee.

Lees verder hoofdstuk Genesis 18