Oude Testament

Nieuwe Testament

Ezechiël 36:29-33 BasisBijbel (BB)

29. Ik zal al het vuil van jullie afwassen. En Ik zal roepen tot het graan. Daardoor zal er zoveel graan in jullie land groeien, dat jullie nooit meer honger hoeven te hebben.

30. En er zal zoveel fruit aan de bomen groeien en zoveel graan op de akkers, dat er nooit meer hongersnood in jullie land zal zijn.

31. Als jullie dan terugdenken aan de vreselijke dingen die jullie hebben gedaan, zullen jullie walgen van jezelf.

32. Maar jullie moeten goed weten dat Ik dit niet doe omdat jullie dat hebben verdiend! Jullie moesten je liever schamen voor je slechtheid, volk van Israël!

33. Dit zegt de Heer: Ik zal al jullie slechtheid van jullie afwassen. Daarna zal Ik ervoor zorgen dat jullie steden weer worden herbouwd en weer worden bewoond.

Lees verder hoofdstuk Ezechiël 36